Spiegelschrift - 200 vijfminutenopdrachten over emoties
Spiegelschrift - 200 vijfminutenopdrachten over emoties
Oefen gedachten & gevoelens herkennen & begrijpen.
Leerlingen maken in hun schrift iedere dag een invul-, teken-, muziek- of schrijfopdracht over een emotie. Door naar zichzelf te kijken leert de leerling gevoelens herkennen en benoemen.
Spiegelschrift. Sta eens wat vaker stil bij... jezelf!
Een praktische en onderbouwde methode voor het bevorderen van de emotionele ontwikkeling op de basisschool.
200 opdrachten voor het hele schooljaar, voor alle kinderen van groep 3 t/m 8. Het gaat in dit werkboek niet om de sociaal-emotionele ontwikkeling, maar om de emotionele ontwikkeling.
Reflecteren is een ander woord voor spiegelen. Door ‘in de spiegel’ naar jezelf te kijken, leer je jezelf kennen. Hoe je denkt, wat je voelt, welke emoties je hebt, hoe je op dingen reageert. En dat helpt je om beter om te gaan met (nieuwe) dingen, leuke én vervelende. Reflectie is lastig, maar je kunt het ontwikkelen. Door regelmatig te oefenen, leer je steeds beter je gevoel, gedachten en gedrag onder woorden te brengen.
Iedere dag vijf minuten
Leerlingen maken in hun schrift iedere dag een invul-, teken-, muziek- of schrijfopdracht over een emotie. Door naar zichzelf te kijken leert de leerling gevoelens herkennen en benoemen.
Waarom deze methode?
Emotionele ontwikkeling is iets dat je het liefst in samenhang met andere ontwikkelingsgebieden in de dagelijkse praktijk wilt stimuleren en niet als apart schoolvak. Lezen en taal komen bijvoorbeeld ook tot leven in alle andere vakken en situaties. In de praktijk blijkt dat naast een geïntegreerd aanbod het helpt om structureel en specifiek aandacht te geven aan bepaalde vaardigheden, die vervolgens kunnen worden toegepast en ingeoefend in andere contexten. Naast begrijpend lezen is het hoog tijd voor een methode begrijpend leven. Emoties maken onderdeel uit van het leven. Het ontwikkelen van emotionele intelligentie werkt in alle andere ontwikkelingsgebieden door.
Het gaat erom dat je:
• Verschillende woorden kunt gebruiken om te zeggen wat je voelt.
• Weet dat je soms blij kunt doen terwijl je verdrietig bent.
• Je gedachten en gevoel leert herkennen en begrijpen.
• Weet hoe het eruitziet als je bijvoorbeeld boos bent.
• Leert wat helpt als je je niet prettig voelt.
• Oefent met wat je denkt, voelt en doet.